image
Marjan Gerrits (1963) geboren in Zeist, heeft zich jarenlang in het oorlogsverleden van zowel haar Nederlandse vader als haar Duitse schoonvader verdiept. Dit onderzoek vormde de basis voor haar debuut, de dubbelroman "Als je niets bent", waarin ze twee verschillende perspectieven op de Tweede Wereldoorlog belicht.

Schrijversacademie en daarna

Marjan volgde de basismodule aan de Schrijversacademie en daarna de specialisatie Familieverhalen en Biografieën.

Ze toverde een monumentaal schuurtje om in een inspirerend schrijfhuisje. Hier werkt zij aan haar roman en aan andere vormen van woordkunst.

Het schrijven van een boek gebaseerd op de gebeurtenissen van haar vader en schoonvader in de Tweede Wereldoorlog heeft haar leven behoorlijk veranderd. Geen kantoorwerk meer, maar archiefonderzoek, plekken bezoeken die in het boek voorkomen, deskundigen interviewen, Sütterlin leren om de brieven van haar schoonvader te kunnen lezen.

imageHet schuurtje uit 1910, omgetoverd tot inspirerend schrijfhuisje.

Spitten, graven om net dat kleine beetje extra informatie boven tafel te krijgen

En dan de gevonden informatie duidelijk en op een boeiende manier opschrijven. De vreugde als ze weer een stukje van de puzzel gevonden had, het plezier als het perfecte woord precies om zijn plek viel, de blijdschap om nieuwe informatie met haar partner te delen over haar vader.

Er waren ook tegenslagen. Soms vond ze de juiste informatie niet, ondanks uren onderzoek. Of de tekst liep niet lekker en lukte het haar niet de juiste toon te vinden. Ook worstelde ze als debutant met onzekerheid: kon ze dit wel? Na de eerste versie van het manuscript volgde de redactie. Het hele verhaal werd overhoop gegooid en herschrijven was noodzakelijk.

Als het tegenzat raapte ze zichzelf bij elkaar en dacht aan haar doel

Er zijn veel oorlogsboeken geschreven, maar hoeveel gaan over de gewone jongemannen die in die tijd opgroeiden? De jongemannen die probeerden zo goed mogelijk door de oorlog te komen, geen bijzondere helden. En toch worden ze in de oorlog meegesleurd. En hoeveel boeken beschrijven zowel het leven van een Nederlander als een Duitser in oorlogstijd? Naar haar mening veel te weinig. Door beide perspectieven te belichten, onthult ze de complexe realiteit van een tijd waarin grenzen tussen goed en kwaad vervaagden en de menselijke veerkracht op de proef werd gesteld. Een waardevolle aanvulling op de bestaande literatuur.

Woordkunst 

Als tegenwicht voor de zwaarte van het historische onderzoek en schrijven over de oorlog, zoekt ze in taal ook lichtheid. Ze maakt graag ‘woordkunst’, meestal in de vorm van speelse gedichten en haiku’s. Spelen met taal geeft haar hoofd vrijheid. Deze teksten zijn niet publiek.